Invoegen en uitvoegen tijdens je rijexamen
Met de juiste snelheid lukt het altijd!
Wanneer je de eerste keer op de snelweg gaat rijden, dan moet je ook invoegen. Voor veel kandidaten is de angst om dit verkeerd te doen heel groot. Vooral als het druk is krijgen veel mensen het zweet in hun handen. Toch is invoegen niet moeilijk als je je aan een paar regels houdt.
Zorg voor voldoende snelheid
Het is belangrijk dat je bij het invoegen genoeg snelheid maakt. De voertuigen die al op de snelweg rijden rijden al gemiddeld 100 kilometer per uur of meer. De enige manier om het gat tussen twee auto’s te benutten, is om dezelfde snelheid te gaan rijden. Dan maak je optimaal gebruik van je snelheid en is invoegen het makkelijkst.
Observeer het verkeer om je heen
Zodra je de invoegstrook op rijdt, begin je al met observeren. Je moet goed kijken waar het verkeer rijdt als je gaat invoegen. Op deze manier kan je het moment goed bepalen wanneer je richting aangeeft. Als je richting aangeeft, en langzaam opschuift, controleer dan ook je spiegels. Zo kun je al het verkeer in de gaten blijven houden.
Invoegen
Hou de rust erin, durf de invoegstrook te gebruiken zo lang als nodig is en controleer regelmatig je spiegels.
